Voordat je begint met aanplanten is het raadzaam eerst de grondbewerking uit te voeren zoals beschreven op onze pagina over grondbewerking en plantinstructies. Het groei- en bloeisucces van de plant is namelijk voor een groot deel afhankelijk van de bodem. Omdat de Festuca gautieri potgekweekt is (en daardoor een goed ontwikkeld wortelgestel) kan deze ieder seizoen aangeplant worden, met uitzondering van een vorst- of sneeuwperiode.
Om ervoor te zorgen dat de plant zich goed kan wortelen is het aan te raden om na het aanplanten op tijd water te geven. Zeker in periodes van veel zon en hoge temperaturen. Hoewel de Festuca gautieri het goed doet op droge gronden, mag de plant ook zeker nier uitdrogen. Plant hierbij het siergras op een zonnige of half beschaduwde plaats in de tuin waarbij een planthoeveelheid van ± 9 stuks per vierkante meter (potmaat 9x9 cm) aangehouden kan worden.
De Festuca gautieri is een wintergroene siergras en hoeft nauwelijks gesnoeid te worden. In het voorjaar en najaar kun je, indien nodig, het lelijke blad uit de plant plukken (doe dit voorzichtig om het gezonde blad niet te beschadigen). Oudere bladeren van de Festuca gautieri verdorren na verloop van tijd (verkleuren geel/bruin) en maken plaats voor nieuw blad. Door tijdig het verdorde blad uit het gras te halen behoud je een frisgroene kleur en kan alle energie van de plant naar de vormingen van nieuwe bladeren gaan.
Ten opzichte van andere tuinplanten, heeft de Festuca gautieri relatief weinig water nodig. De plant doet het goed op droge gronden, maar dit betekend niet dat de plant geen water nodig heeft. Na aanplanten is het raadzaam tijdig water te geven. Wanneer de plant eenmaal geworteld is hoeft de Festuca gautieri alleen bij aanhoudende droogte water te krijgen. Ook voor de opname van voedingsstoffen is het belangrijk dat de bodem niet te lang te droog is. Zorg daarbij ook voor een doorlatende bodem zodat overtollig water in de grond kan trekken.
Het is belangrijk om de Festuca gautieri na een jaar of 3 te scheuren. Hierbij wordt de plant in de lente of herfst in zijn geheel uitgegraven. Vervolgens wordt de plant opgesplitst in meerdere plantdelen, waarbij de oude delen (met name de kern) weggegooid kan worden. De jonge plantdelen die zich in de meeste gevallen aan de buitenkant van de plant bevinden, kunnen terug geplant worden. Zo blijft de plant jong en vitaal. Door middel van scheuren/delen kun je ook perfect te groot geworden grassen terug in model brengen.